Aanname
De Tussenruimte is voor mij een plek waar avant-garde componisten/musici en ontwerpers binnen audiovisueel elkaar kunnen ontmoeten en verbindingen aan kunnen gaan ten behoeve van experimenteel ontwerp. Het is ook een manier om het veld van de eigentijdse klassieke muziek of noise meer bekendheid onder een breder publiek te geven. Hierbij ga ik ervan uit dat grafisch ontwerp uitstekende PR is voor modern-klassieke muziek of noise en dat het een brug kan slaan naar een groter publiek1.
Uitgangspunt van Mozaïek I, ontworpen voor het symposium Grafisch en Muziek van Stichting Print in Zwolle, is wat ik ‘stretching the disciplines’ noem. Hiermee bedoel ik dat de disciplines grafische vormgeving (in het audiovisuele domein) en avant-gardemuziek een beetje ‘opgerekt’ zouden kunnen worden, zodat ze elkaar kunnen ontmoeten in de tussenruimte die zo ontstaat. Ik hoopte het publiek op deze wijze de impact op beeld te laten ervaren van muziek die ook ontwerpers vaak ongemakkelijk vinden, daarbij gebruikmakend van het feit dat mensen blijkbaar moeiteloos naar Stockhausen luisteren als ze naar een spannende film kijken2. Mozaïek I heeft verder niet alleen als doel om avant-gardemuziek te promoten en te experimenteren, maar ook om ontwerpers te verbinden met de onderzoeks- en communitywebsite Stretching the Disciplines, en de database daarvan te voeden met het experiment dat ter plekke plaatsvindt. De website is in mijn ogen behalve een ontmoetingsplek, ook een gemeenschappelijk werk waarin inhoudelijke verbindingen zichtbaar gemaakt worden en storytelling een belangrijke functie zal hebben.
Hoe
Een symposium voor grafisch ontwerpers is een uitgelezen kans om een ontmoeting te bewerkstelligen tussen de twee disciplines, dus toen Stichting Print me uitnodigde om een lezing te houden voor het symposium Grafisch en Muziek in september dit jaar3 wist ik direct dat ik, als ik indruk wilde maken op de ontwerpers, met iets bijzonders moest komen. Jammer genoeg ben ik er geen musici tegengekomen. Het belang van Stretching the Disciplines ligt natuurlijk ook bij deze groep.
De uitdaging zat erin een compacte vorm van experiment te ontwerpen, waarvan ik hoopte dat die haalbaar was in het beperkte tijdsbestek van 45 minuten, om zo tot een gemeenschappelijk werk te komen waarbij ontwerpers en musici elkaar moesten aftasten, onderzoeken en elkaars samenwerkingsmogelijkheden moesten verkennen en stimuleren. Feitelijk waren dit deelvragen die ik beantwoord probeerde te krijgen door middel van een interactief werk.
afbeelding I – Het grote Noord-Koreaanse event, the Mass Games, waar kinderen met strakke hand en choreografie ‘mozaïeken’ maken.4
Methodiek: kleurkaarten en muziek = mozaïek
Conversation pieces, Storytelling, Cultural Probe en Hidden Design
Dankzij de workshop van Harold Linker5 kwam ik in aanraking met de onderzoeks- of ontwerpmethodiek ‘Conversation Pieces’, die ervan uitgaat dat, door een bijzondere ervaring aan te bieden, de doelgroep, in dit geval ontwerpers en componisten, zich makkelijker met de aanbieder kan verbinden. Eerder leverde deze methodiek mij de Tussenruimte op waar Mozaïek I onderdeel van is. De uitdaging van Mozaïek I is echter niet alleen dat ik als ontwerper in gesprek kom met deze doelgroepen, zodat ik met mijn ontwerpen kan anticiperen op hoe ontwerpers en componisten denken, maar ook om beide partijen een ervaring aan te bieden waardoor ze samenwerking met elkaar aangaan. Daarvoor heb ik een soort mozaïek ontworpen (afb. IV), waarbij ik het beeld voor me zag van stadionpubliek dat op die manier vlagt, maar ook afbeeldingen van bloemen etc laat zien aan de hand van muziek. Natuurlijk zijn de Noord-Koreanen hier subliem in, alhoewel daarbij het publiek niet bepaald vrijwillig ingezet wordt (afb. I). Het ging mij erom dat er directe interactie tussen publiek en een componist ontstond, waarvoor ik het liefst een goede improvisator wilde inzetten.
Deze methodiek vertoont een duidelijke overlap met ‘Cultural Probes’, een techniek om ideeën binnen een ontwerpproces te stimuleren door mensen een artefact en een taak aan te bieden, om zo inzicht te krijgen wat ze beweegt of denken6. Ik hoopte het publiek namelijk een reactie te ontlokken aan de hand van kleurkaarten of gekleurde borden (afb. II en III), en de musicus te laten reageren op de vormen en kleuren die gemaakt werden (afb. IV). Het publiek kreeg directe feedback doordat het resultaat live terug te zien was via de beamer. De participanten moesten het gevoel krijgen dat ze met de kleurvlakken aan het componeren waren. Al met al was de inzet dat beide partijen hun blikveld letterlijk zouden oprekken (stretching the disciplines) om het experiment tot een succes te brengen.
afbeelding II en III – Mooie gekleurde vlakken, ontworpen om visueel ontwerpers te verleiden tot gebruik voor Mozaïek I.
afbeelding IV – Zsa Zsa Linnemann – Prototypes voor Mozaïek I, waarmee ik mezelf geconditoneerd had; tijdens de pilot van de week ervoor, op de Willem de Kooning, liep ik er tegenaan dat de workshop in een heel ander beeld resulteerde.
afbeelding V – Pilot van Mozaïek I tijdens de Researchday op de Willem de Kooning, 23 september 2016.
Cruciaal voor inspiratie is het vertellen van verhalen die van belang zijn voor het begrip van de historische context: Storytelling door middel van een lezing in de letterlijke betekenis van het woord. Ik hoop dat de website die ik voor ogen heb zo’n functie zal gaan vervullen. Om ontwerpmogelijkheden te kunnen onderzoeken is reflectie op de historische en hedendaagse context van modern-klassieke muziek en noise, en het aangeven van de relevantie ten aanzien van de ontwerpvraag – afhankelijk van de doelgroep – een must (afb. VIII, 0:00 – 6:22 min). Zo werd onlangs tijdens de pilot van Mozaïek I op de Researchday van de Willem de Kooning duidelijk dat Walt Disney’s experimentele animatiefilm Fantasia, waarin onder meer gebruik wordt gemaakt van Strawinsky’s Sacre du Printemps (afb. VI), of punk7 (afb. VIII, 2:40 – 3:42 min) effectiever zijn in het bereiken van mijn publiek dan de opera Der Gelbe Klang van Kandinsky. Niet voor niets is Walt Disney’s experimentele animatiefilm tegenwoordig een klassieker; mainstreamvoorbeelden slaan makkelijker de brug naar het toegepaste kader waarbinnen veel ontwerpers moeten werken enerzijds, en het experimentele karakter van veel modern-klassieke muziek anderzijds.
afbeelding VI – Storytelling: tot de verbeelding sprekende voorbeelden, zoals Walt Disney’s experimentele animatiefilm Fantasia.
De samenwerking met Gert-Jan Prins was voor mij een logische keuze, vanwege zijn reputatie als meesterlijk (slagwerk-)improvisator en noisecomponist, maar omdat hij zelf ook samenwerkingen aangaat om tot (grafische) visualisaties te komen, zoals uit het werk met Domenico Sciajno en Ursula Scherrer8 (afb. VII) blijkt9. Mijn voorbehoud was dat Prins een onafhankelijke geest is. Zelf geeft hij aan dat hij tijdens improvisaties vooral zijn eigen gang gaat en minder let op input van anderen. Hardcore noise is daarnaast een risicovolle keuze binnen het spectrum van de avant-gardemuziek. Toch leek het me interessant om de piketpaaltjes zo ver mogelijk te kunnen plaatsen, en daarmee te onderzoeken wat nog te behappen is voor een ontwerperspubliek. Het was een interessant vervolg op een eerdere vorm van de Tussenruimte, waarbij ik voor mijn eigen publiek een lezing/workshop van David Dramm cureerde, daarbij kiezend voor een componist die muziek maakt ‘waar meer “ramen en deuren” in zitten10‘, en die daarnaast buitengewoon makkelijk communiceert met zijn publiek.
afbeelding VII – video door Domenico Sciajno en Ursula Scherrer, muziek: ‘Tablerock’ door Gert-Jan Prins en Domenico Sciajno.
Om de effectiviteit van deze iteratie in kaart te brengen is de participanten gevraagd een beeld uit hun portfolio te uploaden naar mijn blog en een vragenformulier in te vullen. Ik zag dat bijna als een onhaalbare kaart, want wie doet er moeite om actief data weg te geven, zelfs voor een goed doel? Daar heb ik goed over moeten nadenken, maar onderweg naar het symposium schoot het me te binnen: ik moest het niet alleen tot onderdeel van de voorstelling maken, maar het halverwege laten gebeuren. (afb. VIII, 7:20 – 8:00 min)
Eerder had ik al bedacht dat Prins op het aangeboden beeld zou improviseren, waardoor het onderdeel zou worden van de performance. Je kunt dat een gewiekste variant noemen van een methodiek die ontwerpbureau Afdeling Buitengewone Zaken als ‘Hidden Design‘ bestempelt,11 aangezien ik hiermee het publiek feitelijk aan de hand van hun eigen ingevoerde inhoud met de website verbond en hun e-mailadressen zou kunnen gebruiken om ze op de hoogte te houden van follow-upprojecten.
Hidden Design, het woord zegt het al, maakt namelijk gebruik van slimme prototypes waardoor het publiek meegenomen wordt in een ontwerpproces. In dit geval zijn het de prototypes, de reactie van de musicus op het aangeboden beeld, maar natuurlijk ook het eerder genoemde mozaïek, waarin de ‘ontwerper’rol verborgen wordt. Al deze dingen, inclusief de website zelf, hebben ten doel al vroeg in het proces verborgen inzichten boven water te halen en eerlijke en oprechte reacties te verkrijgen, terwijl het systeem, de website dus, nog in ontwikkeling is. Bij hardcore Hidden Design wordt vaak het ontwerpproces benoemd als ‘wat voor hen echt lijkt‘11. Bijvoorbeeld een ontwerper die doet alsof hij bakker is, om meer over de wensen van de consument te weten komt omdat zijn klant, die een bakkerij heeft het concept van zijn winkel wil vernieuwen. In mijn geval is de musicus echt, zijn reactie op het aangeboden beeld echt, en de samenwerking met de musicus tijdens het maken van het mozaïek ook. Alleen wordt er min of meer versluierd dat ik ook nog een verborgen motief had. Zoals ik hieronder zal uitleggen was het resultaat positiever dan ik me had kunnen voorstellen.
afbeelding VIII – Videoverslag van Mozaïek I dat plaatsvond tijdens het symposium ‘Grafisch en Muziek’ georganiseerd door Stichting Print.
Opbrengst
Mozaïek workshop
Het meest opvallende is dat het merendeel van het publiek erg enthousiast meedeed aan de workshop van Mozaïek I (afb. VIII, 10:05 – 11:28 min), ondanks het feit dat sommigen in hun feedbackformulier geschreven hadden dat ze de muziek ’te hard vonden’, er ‘stress van kregen’ of dat het ‘hun ding niet was’ (34%, 54% positieve respons, 12% neutraal/gematigd). Er vond interactie plaats en er werd gebruik gemaakt van avant-gardemuziek. Zoals mijn docent tijdens de eerdere try-out op haar formulier invulde: ‘er gebeurt echt wat’. Ik hoorde later een meisje zeggen dat dit het ‘mafste was dat ze ooit had meegemaakt‘ en een aantal mensen schreef dat ze het ‘heel apart‘ vonden, waarvan ongewis is of dat positief of negatief bedoeld is. Als we het hebben over impact, dan is dat zeker gelukt. Ik ben erg blij dat ik het risico heb genomen om hardcore noise te gebruiken. De methodiek overleeft dat hoe dan ook, ook als je de piketpaaltjes zo ver mogelijk zet. Het merendeel (73%) geeft aan dat het een meerwaarde heeft om met een componist of musicus te werken, 12% reageert neutraal of zoekt de nuance, en 15% ziet er geen heil in: ‘stressopwekkend’ kwam ik tegen en ‘Erger dan ik had verwacht‘. Van de negen respondenten die negatief over de muziek oordeelden waren er vijf die desondanks vonden dat het werken met een componist een meerwaarde had. Bij alle vragen won de positieve feedback. Deze gegevens zijn hier te vinden.
Op voorhand had ik uitgelegd dat als je een ‘mooi’ mozaïek wilt maken het een goed idee is om alleen op kleur te selecteren, òf op beweging, zoals wapperen, òf op het draaien van de borden. Als ze alles tegelijkertijd zouden doen, zou het chaotisch worden; en ik heb het Noord-Koreaanse filmpje laten zien. (afb. VIII, 10:05 – 11:28 min)
Behalve dat ik uitgelegd heb hoe de borden werken en wat ze kunnen, wat ik aanvankelijk vergat, heb ik de rest niet geregisseerd. Het publiek dat zichzelf terugzag op de beamer zocht op eigen houtje naar geordende kleurvarianten en bewegingen.
Verder is het opmerkelijk dat het publiek tijdens het maken van het mozaïek vooral bezig zegt te zijn met hun directe omgeving om de kleurseries te kunnen maken. Er werd aangegeven dat ze niet of nauwelijks bezig waren met de muziek (afb. VIII, 11:41 – 11:59 min), op de film is echter duidelijk te zien dat ze intuïtief anticiperen op het geluid dat ze horen: als het geluid rauwer wordt kiezen ze massaal voor de zwarte en witte vlakken, en als het geluid dun wordt klappen ze de borden dicht en laten ze de lichtblauwe kant liggend zien. Wanneer het geluid daarentegen versneld of hakkerig wordt slaan ze de borden open zodat zowel de rode als de blauwe kant te zien zijn, en gaan ze met de borden wapperen etc. (afb. VIII, 10:18 – 11:28 min). Er is echter geen sprake van dat ze het gevoel hebben dat ze met de kleurvlakken componeren; daarvoor is hoogstwaarschijnlijk meer tijd nodig en een zeer empathische musicus, alhoewel Prins wel anticipeerde op het beeld dat hij zag, maar de zaal dat niet oppikte.
Uitleg van de context
Het uitleggen van de historische en hedendaagse context, de doelen van mijn onderzoek en hun relevantie, en de uitleg van de workshop helpen enorm bij de appreciatie van Mozaïek. Op de film zijn de spontane reacties uit de zaal te zien; ze kijken en luisteren geboeid, en er is herkenning bij het noemen van de modern-klassieke componisten. Het publiek reageert enthousiast als Gert-Jan Prins begeesterd verteld hoe hij zich verhoudt tot de Tussenruimte, en dat met zijn geluid onderstreept (afb. VIII, 6:33 – 7:19 min). Prins geeft zelf ook aan dat hij ook de context nodig had om in zijn verhaal te komen. Die had een week eerder op de pilot ontbroken (afb. V); daar had ik me vooral gefocust op het instrumentele gedeelte van de workshop.
Tot mijn grote verbazing zijn op de vraag om een portfoliobeeld op mijn blog te uploaden, van de ongeveer vijftig/zestig aanwezigen in totaal 28 bruikbare reacties binnengekomen. (afb. VIII, 12:00 – 13:15 min) Het publiek had toen de workshop, het maken van het mozaïek nog niet gedaan, maar was er wel warm voor gemaakt.
Hierna was het opstarten van de workshop een eitje. De try-out op de Willem de Kooning verliep vrij chaotisch en veroorzaakte tijdsdruk (afb. V). Om die reden had ik besloten eerst een klein groepje te laten oefenen, terwijl de rest van de zaal toekijkt. Ik had het net zo goed kunnen laten, want de zaal was al snel niet te houden.
Het bekijken van de resultaten van de upload en de beloofde muzikale reactie van Prins had ik voor het eind bewaard: een mooier resultaat had ik me niet kunnen wensen, een belachelijk stokpoppetje dat tot leven komt (afb. IX).
afbeelding IX – Een stokpoppetje, dat bij wijze van grap ge-upload was, werd door Prins tot leven gewekt. De meerwaarde van muziek en beeld: het publiek werd er stil van.
Data
Alle gegevens zijn te vinden op de uploadpagina, die ik van te voren voor dit doel had klaargezet: studiozenz.nl/master/upload/, en in de PDF onderaan de pagina.
Van de ongeveer vijftig/zestig aanwezigen zijn 31 gelukte reacties binnengekomen. Er zijn er drie verwijderd, omdat ze geen enkele relevantie vertoonden met het gevraagde.
24 respondenten hebben na de workshop het formulier ingevuld. Tijdens de pilot op de Willem de Kooning hadden maar twee participanten die moeite genomen; beiden waren speciaal betrokken bij het project.
Hier is een PDF-file met de data van te vinden: Mozaïek_I_data
(2097 woorden)
door Zsa Zsa Linnemann
Toets-onderdeel: Vrije Keuzeruimte 3 (2 EC)
Toetsvorm: Programma deelnemer (dagdeel) en verslag keuzeonderdeel (2000 woorden)
Onderdeel: Programma deelnemer (De student organiseert en modereert een relevant programma met gastspreker)
Volgende keer
Enquête: extra vraag of ze iets opgestoken hebben van de Storytelling.
Een wat gematigder genre muziek voor een ‘esthetisch mooier resultaat’
Meer tijd
Kleiner formaat borden
Upload moet sneller
Bronnen
1 De Tussenruimte wordt uitgebreid beschreven in mijn blogpost: Zsa Zsa Linnemann, Voorstel ten behoeve van tussenruimtes (2016, 2016),
studiozenz.nl/master/vrije-keuzeruimte-i-voorstel-ten-behoeve-van-tussenruimtes/ en studiozenz.nl/master/assement-2-show-me-your-music/
2 Alex Ross, The rest is Noise, Epilogue, p.589 (uitgeverij Picador New York, 2007 )
3 Symposium ‘Grafisch & Muziek’, Paulina de Nijs (2016, 2016), stichtingprint.nl/agenda/symposium-grafisch-muziek/
4 Volledige versie: ‘Xanniepannie1’, The human “LED” screen @ Arirang Mass Games North Korea, Youtube (2013, 2016),
www.youtube.com/watch?v=0kmxTy5L7Rc
5 Voor meer informatie zie mijn blog: Zsa Zsa Linnemann, Harold Linker – Conversation Pieces (2015, 2016),
studiozenz.nl/master/reflectie-01voorbereiding-assessment-1/
6 Gaver, W, Dunne, A., & Pacenti, E,. Design: Cultural Probes, Interactions Vol 6, Issue 1, Jan/Feb 1999.
7 Voor mijn zienswijze over punk zie mijn blog: Zsa Zsa Linnemann, Show me your music, (2016, 2016), studiozenz.nl/master/assement-2-show-me-your-music/
8 Domenico Sciajno and Ursula Scherrer, music: Domenico Sciajno and Gert-Jan Prins, Table Rock, Youtube (2008, 2015), youtu.be/2h-E42K-LMA
9 Voor meer informatie zie mijn blog:
Zsa Zsa Linnemann, Gert-Jan Prins en BMB con @ Audio visual spatial cloud in de Kunstkapel (2016, 2016), studiozenz.nl/master/gert-jan-de-kunstkapel/,
Zsa Zsa Linnemann, Gert-Jan Prins in Club Solo (2015, 2016), studiozenz.nl/master/gert-jan-prins-in-club-solo/
10 Zsa Zsa Linnemann, VK II Lezing: David Dramm – Show me your music (2015, 2016), studiozenz.nl/master/studentenlezing-david-dramm-show-me-your-music/
11 Afdeling Buitengewone Zaken, ONZE EIGEN ONTWERP- EN ONDERZOEKSMETHODE: HIDDEN DESIGN (2015, 2015),
afdelingbuitengewonezaken.nl/project/hidden-design