Voor meer informatie over de South to North Cine-Concert
https://www.idfa.nl/industry/tags/project.aspx?id=9E341DB3-FF3E-41EA-9321-32C8899FA78D
Tijdens Docs for Sale, onderdeel van de IDFA 2016 (Amsterdam) was de film South to North Cine te te zien van Antoine Boutet. Terwijl Boutet de film aan het maken was had hij veel naar de muziek van Kyriakides geluisterd. Voor hem was dat genoeg aanleiding om zijn muziek te gebruiken in de film, wat zo te zien en beluisteren niet een onlogische keuze was. De noisy benadering van de elektronische muziek in combinatie met riffs van de elektrische gitaar van Andy Moore matchte goed met het onderwerp. Het speciale aan de voorstelling was dat Boutet Yannis Kyriakides en Andy Moore gevraagd had om tijdens deze voorstelling van de film, als een exta laag te improviseren met hun muziek.
Je ziet industriële beelden van het komen en gaan van vrachtschepen en iets wat doet denken aan de ontginning van rivierbeddingen en andere industriële activiteiten om water te winnen, blijkbaar met als gevolg dat grote hoeveelheden water, maar ook andere ruwe materialen verspild wordt, vervuiling plaats vindt en dat water te duur wordt voor de lokale bevolking. Dat beperkt zich echter niet alleen voor de eigen bevolking maar ook die van buurlanden, zoals Tibet. Ik denk begrepen te hebben dat South to North een ambitieus project is van de Chinese regering, maar wat het project nu precies behelst wordt niet ingevuld in de, voor deze gelegenheid, speciaal bewerkte director’s cut. Wellicht werd de importantie van het onderwerp voor de gelegenheid opzij geschoven is voor het beeld/muziek gerelalteerde experiment.
Voor dit muzikale avontuur tijdens Docs for Sale maakt het niet echt uit. De nieuwe montage moest extra ruimte scheppen voor de musici.
Componist en improvisator Kyriakides, die zo vriendelijk was om me na de voorstelling te woord te staan, vertelde me dat hij de nieuwe montage eerst bekeken had alvorens te werk te gaan. Hij had vervolgens in samenspraak met Moore timeslots afgesproken die overeenkomen met bepaalde scènes, om zo te bepalen hoe met welke instrumentaria op de ruimtes ertussen geïnproviseerd zou kunnen worden. Ik meen te begrijpen dat ze dus een soort ruwe compositieschets gemaakt hadden, waarin veel ruimte is voor improvisatie. Ook vertelde hij hoe ze wilden voorkomen dat de muziek op een traditionele manier illustratief zou worden, dat hij graag tot een andere meerwaarde wilde komen waardoor de muziek een andere rol zou kunnen innemen. Wat dat moet zijn, heeft hij niet benoemd maar ik nam aan dat juist het experiment dit moest gaan opleveren.
Yannis was blij om te horen dat de muziekperformance voor het publiek twee lagen blijven. Dit is niet te vermijden omdat het al aanwezige geluid binnen de film zelf dusdanig gemonteerd is dat het een natuurlijk onderdeel van de film geworden is, (en waardoor we vaak naar de meest abstracte manier kunnen luisteren als we naar film kijken. De muziek ondersteund en stuurt de beleving van het beeld.) Zo’n intergratie krijg je niet klaar met een live-improvisatie. Toch waren er een aantal muzikale passages die ikzelf als illustratief ervoer, zelfs zonder dat de muziek geluidstechnisch geintergreerd was. Daarentegen gebeurt er iets anders, ontstaat er een meerwaarde als de beelden wat abstracter van aard zijn en de improvisatie, die prachtige hoogtepunten kent, als een transparent gordijn haast breed en monumentaal de zaal in gaat. Dan ontstaat er ‘een nieuw’ werk of insteek die goed aansluit bij de thematiek. En het zou me niets verbazen dat dit lukt omdat beeld en geluid hetzelfde onderwerp hebben. Dit schrijvende zijn er een aantal andere momenten waarvan ik me herinner dat het ook lukt. Bijvoorbeeld als iemand aan het woord is en je het alleen begrijpt vanwege de ondertiteling. Gek genoeg leek de muziek op dat moment een ‘eigen verhaal’ te hebben door een soort geluidsdynamiek waardoor het de betekenis van het beeld overnam en daardoor stuurde. Tijdens zo’n experiment lijkt geen ruimte voor twijfel. Daarbij contrasten opzoeken werkt. Alles wat er tussenin duidelijk niet.
Aan het eind vroeg ik regisseur Boutet of hij in de muziekkeuze rekening gehouden had met het concept of dat het een intuïtieve voorkeur was. Het laatste was het geval.
Doel van het experiment was domweg kijken wat er gebeurt.
door Zsa Zsa Linnemann